Samosir tripje - Reisverslag uit Lumban Manurung, Indonesië van Ilona Pullens - WaarBenJij.nu Samosir tripje - Reisverslag uit Lumban Manurung, Indonesië van Ilona Pullens - WaarBenJij.nu

Samosir tripje

Door: Ilona

Blijf op de hoogte en volg Ilona

07 Augustus 2017 | Indonesië, Lumban Manurung

Vandaag is een rustig dagje. Niet terug naar het verleden. Nee, we gaan de echte toerist uithangen. Wat rijden over het eiland, en naar wat Batak cultuur kijken. We rijden een eindje, dat is op zich al een belevenis, het is ook hier erg mooi. De kust is eerst wat vlak en pas na een tijdje beginnen de bergen. Dat geeft een enorm gevoel van ruimte, biedt ontelbare vergezichten en geeft de bevolking de kans om van alles te exploiteren en telen. Natuur is echt anders dan op het vasteland. Dit oogt bijna zoals Oostenrijkse bergen. Geen jungle, natuurlijk ook wel palmbomen, dus daarmee anders. Maar minder dicht begroeit, meer dennen en meer open stukken groen, met laag begroeiing.

Onze super gids Dedi, vertelt over van alles. Het Batak-volk, hun gewoonten, maar ook over wat we tegen komen en zien aan natuur. Hij heeft veel ervaring en daar profiteren wij enorm van. Ik vind het heerlijk al die natuur te aanschouwen en er meer over te horen. Ik zou uren door kunnen rijden, het hele eiland rond. Of wandelen natuurlijk. Maar ik moet bekennen dat het deze ochtend erg warm is. Dus om dan naar boven te klimmen zal wel afzien zijn.

We rijden weer langs kleine plantages, of beter: kleine akkers, allen van plaatselijke bevolking. Zo laat hij ons een Kemeri zien, soort hazelnoot. Een citroenboom, jeruk nipis. Je hebt ook jeruk Peroet. We hebben het over de orang-orang sawah, ofwel de vogelverschrikker. En dan stoppen wij bij kruidnagel. Ach ja, dat groeit natuurlijk ook ergens. Ja dus, aan een boom. Je ruikt het direct, heerlijk. Ook is de vorm heel herkenbaar. Ja hiermee begon eigenlijk ooit het hele Indië avontuur, de specerijen. Al deze gewassen zien we ook te drogen liggen langs de kant van de weg. Cacao, mais, kruidnagel, noten, koffie. Ik zie dit alles als we er langs rijden. En iedere keer moet ik mijzelf vertellen dat dit het gewone leven van zoveel mensen hier is. Bezig zijn met het laten groeien, het rooien en het verzamelen van alles wat de natuur ons ongedwongen, dan wel (wat) begeleid, brengt. Wat wij vaak geheel achteloos, consumeren. Hoe anders is het leven hier. Ik geniet er van, maar met Lars, ben ik ook stellig van mening dat ik hier nooit zou willen wonen. Een land om van te genieten, maar ook een land om slechts af en toe te bezoeken, niet continue er leven.

Zo komen we ook langs een kapok boom. Die heb ik nooit in het echt gezien, overigens cacao ook niet. Tot nu. De boom is schitterend en staat bijna achteloos op het erf van een houten Batak huis. Er ligt iemand op de grond te slapen. Beesten lopen er als overal rond en ook onder het huis staat volgens mij een rund. Zo'n mooi beest, zoals deze hier overal staan. Dankzij jouw boek Susan, weet ik dat er ook op Java destijds kapok plantages waren, zoals van jouw oma. Ik vind het een bijzondere boom, maf dat zoiets zo aan een boom groeit. De vulling die je ook kunt gebruiken voor kussens. Ik weet niet of er nu nog veel verbouwd worden, zal het eens opzoeken als ik thuis ben.

We zijn op weg naar een museum over het Batak-volk, gaan ook, hoe toeristisch zal dat zijn, naar een Batak-dans kijken, we vrezen. Maar goed, laten we het dit keer meemaken. Het museum vertelt ons over de wijze waarop het Batak-volk hun eigen mensen strafte. Zij die onrecht hadden gepleegd, vraag me niet wanneer welke straf, maar die, welke tot de dood leiden, worden ons getoond. Een hokje, met schavot, net als bij ons vroeger. Hier geen hoofd en polsen, maar één voor de enkels. Zo zat een gevangen, ongeveer 3 dagen, waarna de slechte geesten wel waren verdreven. Dan, bij schuldig bevinding, de straf. In een cirkel de diverse betrokkenen, inclusief de koning. In het midden de slacht steen, noem ik het maar. Eerst één of aantal sneden in de arm. De gevangenen schreeuwt. Waarmee zijn slechte geest met de wind, angin, verdwijnt. Dan wordt de persoon verder uit elkaar gehaald. De borstkas wordt geopend, bloed gedronken, lever gegeten. Let wel, dit gaat om jaren terug. En dit is geen kabar angin, het was echt waar.

De Tjik Tak komt bijna overal in terug bij het Batak-volk. Zij houden er van. De gedachte is hierbij dat zij zich er mee verbonden voelen omdat de Tjik Tak, net als zij zelf, ook overal kunnen wonen.

Daarna iets verderop een ceremonie. Ach, hier ga ik niet veel over vertellen. Je voelt je erg toerist en gelukkig duurt het niet lang. Ik ben erg blij met ons eerste bezoek een aantal dagen geleden aan het echte dorp. Dat was voor ons geweldig en van veel meer toegevoegde waarde. Maar goed, ook dit meegemaakt. Ja oma, we wisten het vooraf en jij hebt het meer keren gezegd. Het is ook zeker niet dat ik je niet geloofde, maar meer dat we één zo'n ding toch ook hier kort mee moeten maken.

We rijden een stuk door over het eiland, klimmen (met de auto, Steven is er bij, en de Sibajak was er al ;-) ) en komen op een schitterend punt. Met mooie hutjes waar je heerlijk kunt zitten. Oeverloos rondkijken, alles in je opzuigen, genieten, elke detail, zowel op Samosir, als op het vaste land, nader bekijken. Elke seconde is het weer anders. Zo ontzettend mooi. Ik zou er uren kunnen zitten.

Tijdens het rijden vraag ik op enig moment hoe ver het is van hier naar Pakan Baroe. Ver, te ver om een bezoek hieraan er nu tussen door te plannen. Meer dan 600 km vanaf Medan. Dedi vraagt waarom ik er naar vraag. Ik vertel, over opa, over de herdenkingen, de 19e augustus. En hij vertelt, onder de indruk van zijn bezoek zo'n ander half jaar geleden. Met een Nederlands gezin, waarvan de vader aan deze spoorlijn als dwangarbeider had gewerkt. Zij hebben veel terug gevonden en het gezin was er ontzettend blij mee. Je ziet en hoort dat het Dedi ook geraakt heeft. Hij rijdt nog maar heel langzaam en vertelt erg veel. Dus Louis en Jane, als jullie ooit daar heen willen, ik zou Dedi aanraden als gids en chauffeur.

Het eind van de middag met boek, schrift, telefoon en iPad aan het bad. Het gaat wat meer waaien, meer wolken. Het wordt een lekkere avond. Morgen vroeg op, we pakken de veerboot om 7:00 uur. Een lange ruk, van hier direct door naar Medan. Over Pematang Siantar. Alles laten indalen. We hebben een cd gekocht met Indonesische muziek waar we allemaal in deze context van houden. Dus die gaat lekker op. Ik denk dat ik morgen niet veel te vertellen heb, zij het dat ik weer diverse toelichtingen van Dedi vertel. Wat hebben wij veel geluk dat we deze man als gids hebben. Geweldig zo als hij ons heeft geholpen. Hij kent ook echt overal heel veel mensen. Een mooi en goed mens.

  • 07 Augustus 2017 - 14:54

    Louis Coene:

    Hartelijk bedankt.Als wij gaan kom ik zeker langs voor exacte info.Bij ons bezoek aan Bali hebben wij ook een gids via een kennis gecontracteerd.Erg veel plezier van gehad.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Indonesië, Lumban Manurung

Ilona

In 2010 heb ik met veel plezier dit reisverslag gemaakt: http://stevenbannink.waarbenjij.nu/reisverslag/3534839 Komende zomer (2017) gaan we weer terug naar toen, die reis ga ik hier beschrijven, inclusief voorbereidingen.

Actief sinds 28 Juni 2013
Verslag gelezen: 211
Totaal aantal bezoekers 23174

Voorgaande reizen:

23 Juli 2017 - 14 Augustus 2017

Omama's herinneringen (be)zoeken....

Landen bezocht: