Sibajak - Reisverslag uit Jaranguda, Indonesië van Ilona Pullens - WaarBenJij.nu Sibajak - Reisverslag uit Jaranguda, Indonesië van Ilona Pullens - WaarBenJij.nu

Sibajak

Door: Ilona

Blijf op de hoogte en volg Ilona

03 Augustus 2017 | Indonesië, Jaranguda

Vandaag geen twijfel of het doel er nog is. Dit grote natuurschouwspel is niet geëxplodeerd en staat nog altijd waar het stond, zal nog wel heel lang zo blijven, al kan hij natuurlijk een keer weer uitbarsten. De laatste keer was zeker 130 jaar geleden.

Brastagi kent twee vulkanen in haar nabije omgeving. De Sinabung en de Sibajak. De Sibajak is makkelijker te beklimmen. En van de Sibajak is bij eerdere erupties de top van de vulkaan weg geschoten. De Sinabung heeft nog een echte spitse top en heeft vaker erupties. Al jaren wordt de Sibajak veelvuldig beklommen, de Sinabung slechts weinig.

Toen wij gister aan kwamen, zagen we al op afstand van Brastagi grijze auto's. Dedi gaf aan: er is blijkbaar een eruptie. Hoe dichter we bij Brastagi kwamen, hoe grijzer de lucht. Direct na aankomst, reden we langs een tempel. Deze tempel oogt schitterend. Van binnen vond ik hem niet zo interessant. Het is een Chinese versie van een Boedistische tempel, met 4 grote altaren en beelden in het midden, en vier kleinere in de hoeken, met wens bomen. Een soort kruisgang, in hout uitgesneden, was bijna achteloos op de grond gezet. Wel leuk om even gezien te hebben.

Bij het uitstappen van de auto dwarrelde er as, overal. Ragfijn, het kwam in je neus, oren, mond. Alles was stof. Ook de gewassen die bij de tempel gekweekt werden. Aardbeien en chili stond er. Alles grijs. Bomen, bladeren, daken: grijs en grauw. Na de tempel naar het hotel, daar ben ik gister overheen gestapt. Het zag er best OK uit, en dat is het ook, als je niet naar de algemene toiletten gaat, warm wilt douchen of 's nachts een lamp uit wilt hebben. Haha, toen Lars net na thuiskomst wilde douchen, kwam er überhaupt geen warm water uit de kraan, hij zette de hele warme kraan open (twee aparte kranen voor warm en koud), geen drup. In dat opzicht is Haus Dienten luxe. Naar nu blijkt sluiten ze gedurende de dag tot 17:00 uur het warm water af. Morgenvroeg tot 9:00 uur is er ook warm water, dus ik sta vroeg op!

Op het oog is hotel verder prima, we hebben lekker eten, het bed is ok. Alleen, bij het naar bed gaan hebben we alle drie als een dolle lopen zoeken naar de laatste lamp, hoe krijgen we die uit? Niets kunnen vinden. Dan maar aan laten. Lars heeft mede daardoor niet zo best geslapen, en heeft tenslotte de sleutel maar uit de daarvoor bestemde gleuf gehaald. Resultaat was dat onze apparaten ook niet op konden laden, maar dat was gelukkig al voor een groot deel gebeurd. Toen we vanmiddag vroegen waar we die lamp uit konden krijgen, werd er een onderhoudsman gehaald. Die draaide de lamp los! Ach ja, dit is Indonesië, ook haar charme.

Vanochtend vertelde de gids Juan die met ons de Sibajak opliep, dat er gister 19 erupties van de Sinabung zijn geweest. Dat is echt veel. Ook al was er gister wat regen, de as is niet weggespoeld, maar wel uit de lucht. De bevolking was dolblij met wat regen, er was al 3 weken niets gevallen. Het is hier inderdaad koel. Om iets te doen heerlijk, om aan een zwembad te zitten, te koud. Ik kan mij voorstellen dat in een tijd zonder airco, dit een verademing moet zijn geweest. Vanochtend was het voor de wandeling en klim, heerlijk. En ook nu is het prima op terras zitten, wel met lange broek nu.

Voor de tocht van vandaag ging om 5:30 uur de wekker. De douche was minimaal voorzien van water en eerder koud dan lauw. Keurig op tijd in de lobby, Dedi staat al klaar, met jas en muts op, zo grappig. In korte broek is het voor ons buiten heerlijk. Het is nog schemer donker, maar het wordt snel lichter. Nog in het dorp pikken we Juan op, hij wil achterin de bak zitten, niet bij ons op de bank, en hij tukt nog even verder, zoals alleen de mensen hier dat kunnen. Een heel leuke kerel, die erg goed Engels spreekt en heel begaan is met de natuur. Dit gaat erg gezellig worden. En voor de nieuwsgierigen onder jullie: ja, Steven is natuurlijk meegegaan. Erg gezellig dus met ons 3-en. Dedi bekent dat hij tot op heden maar één keer naar boven is gegaan. Lars en ik kunnen niet nalaten hem vriendelijk te adviseren iets vaker met zijn gasten mee te lopen, hoe gezond? Zeker als jouw beroep chauffeur/gids is. Ik denk niet dat hij er iets mee gaat doen.

Precies om 6:30 uur komen we bij een soort parkeerplaats. De weg er heen was grotendeels goed, op een stuk na, dat werkelijk veel van Dedi zijn stuurmanskunst vroeg. En dat met zo'n nieuwe auto. Hij heeft het goed doorstaan, Dedi en de auto. We gaan aan de wandel. Eerst over een weg, rustig tempo. Het is direct vanaf stap 1 genieten. Dat was het al in de auto hoor. Die natuur, wat een genot voor het oog en de geest. Al die tinten groen, dat dichte woud, die bomen en planten, zo anders dan wij gewend zijn. Ik geniet intens. Ook van het lopen, dat heb ik echt even nodig.

En Lars wordt steeds enthousiaster. Nu we links af een bospaadje op mogen, krijgt hij een energie, die even een dipje kent als de eerste zwavelluchten onze neuzen gaan pesten, maar nauwelijks meer te stuiten is. Het doet mij denken aan onze vroegere bezoekjes aan Burger's Bush, toen hij nog met lange haren, samen met Jon en mij over alle kleine paadjes huppelde. Maar dit is enorm, zo imposant, overweldigend en groots. Alles torent hoog boven ons uit. We lopen door een speciaal soort bamboe, de tweede naam ben ik kwijt, Lars ook, kom ik op terug..... Het is, hoe kan het ook anders: bamboe rotan, ons allen bekend van de Indische rotan stoeltjes.

Lars en ik snijden in het begin een stukje af, het iets bredere pad kringelt al s-bochtend omhoog. Dit op advies van Juan, zie laat zien waar dat kan. Nou, we hebben het geweten. Heel steil, dicht begroeid gelukkig, zodat we ons aan boomtakken en wortels kunnen vasthouden. Maar beiden zijn we als kleine kinderen zo blij. Ja ik weet het, we zijn in dit opzicht een beetje gek. Maar wel zo leuk!

Na ongeveer anderhalf uur komen we aan bij de krater. Tegen de helling van de krater zagen we al van die gasspuiters, bij de uitgang groen-geel. En ja, het stinkt behoorlijk, Grrrrr, die zwavel lucht. Toen we in 2010 op Java de Bromo op gingen, was daar ook een grote zwaveluitstoot. Hier vind ik het veel minder erg. Overigens geldt het ook voor het aantal mensen, hier is het buitengewoon rustig, we zien maar een weinig wandelaars.

We komen bij de krater. De kraterbodem is goed bereikbaar. Ook daar gasspuiters en wat wellen, warm borrelend water. Lars en ik naar beneden. Natuurlijk leggen we, net als vele anderen voor ons, de namen van de dames die hier vandaan komen en hier ook waren: oma en Suus. Ik denk aan het zo mooie nummer De Steen: 'Ik heb een steen verlegd, in een rivier op aarde....'. Ik vind hem toepasselijk, beiden hebben jullie die steen ook verlegd in jullie leven immers. En nu leggen we die voor jullie. Weer een mijlpaal gemarkeerd.

Inmiddels vliegen de wolken ons om de oren. Maar goed dat je ze niet voelt. Van helder zicht, naar dichte mist. Zelfs Steven zien we even niet staan aan de kraterrand als Lars en ik beneden zijn. Maar ze vliegen snel, dus even later weer goed zicht. Maar weer niet zo helder dat we kilometers ver weg kunnen kijken. Hoe dan ook, het is top. En naar de top gaan we nog wat verder. Eerst een stukje naar rechts, daar wat eten en drinken. En dan gaan Lars en ik nog naar een topje verderop. Oef, dat is steil. Ik kan op enig moment echt niet verder, kom gewoon een steen niet op, en gewoon staan met die afgrond achter mij kan ik al even niet meer. Maar goed, gelukkig wijst Lars mij rechts een andere optie en kom ik alsnog boven. Maar slikken was het wel moet ik zeggen, brrr. Ook terug naar beneden is een echte uitdaging. Maar het uitzicht en het daar zo hoog staan, dat had ik voor geen goud willen missen. Lars is even zo goed ook euforisch. Ik heb er een enthousiaste medewandelaar bij!

Op de weg terug, nog wat foto's van de krater. En natuurlijk hebben we ook de plek ontdekt van de foto voor op Susan haar boek. Precies tussen het topje dat Lars en ik beklommen en de andere top, staan twee rotsblokken, dat is waar Dirk en Riet op hun foto staan. Ik zal een foto plaatsen waar ik daar voor sta. I.v.m. gevaarlijke los liggende stukken rots die mede door een aardbeving paar maanden geleden zijn ontstaan, en het feit dat het daar zo steil is, moet je die kant nu niet meer op lopen. Onze gids Juan zegt: niet doen!

Lars heeft zoveel energie gekregen, dat hij zich een soort Tarzan waant en ons en zichzelf al pratend filmt. Als je het filmpje van hem mag zien, dan blijkt ook dat op het moment dat hij 'het vrouwtje Bannink, ook wel Pul genoemd' weer wil filmen en naar voren springt, de cameraman onderuit gaat, zichzelf niet bezeerd, maar wel en passant 'dat vrouwtje' onderuit schoffelt. En ik schrik me rot, vanwege Lars zijn heup, zodat ik zelf nogal sukkelig terecht kom. Maar sinds mijn val in Zwitserland, kan ik heel wat hebben. Dus een beetje blauw is niet lelijk.

Onderaan bij de kleine parkeerplaats nemen we afscheid van onze metgezel. Hij neemt een volgend stel weer mee naar boven. Hoe gezond is deze man?! Wij gaan terug naar Brastagi.

Eenmaal in het dorp, nog even snel naar de markt. We kopen wat heerlijk fruit, rijden nog één keer langs het huis. Dan via hotel naar zwavelbaden. Dit is een trekpleister voor vooral Indonesische, locale mensen, die gaan er vaak 's avonds badderen. Ik zit alleen even met mijn voeten er in. Het water kent allerlei temperaturen en is op zich zeker lekker. Maar die lucht.... Steven dompelt zich er geheel in onder, Lars ook, maar geniet ook vooral van de zon en het liggen. Ik ga met Dedi koffie drinken, koffie tubruk. Ik ken het al en vind het lekker, maar zou het niet altijd willen drinken. Zo een kopje is passend en hier prima, lekker.

Overigens waren we zelfs bij de beklimming weer aantrekkelijk om op de foto's te gaan. Een stel jonge kerels, denk zo rond 18, die daar in tentjes sliepen en graag samen met ons zichzelf wilden fotograferen. Ik voel me nog steeds wat onhandig. Waarom in hemelsnaam met ons op de foto?!

De rest van de middag lekker luieren, lezen, rust. Vandaag ook maar weer vroeg naar bed. We kunnen nog wel wat uurtjes gebruiken.

Morgen op weg naar Pematang Siantar. Ook daar zat oma op het internaat, na de inernaattijd in Brastagi. Ook het verslag van deze dag schrijf ik met veel plezier, bij deze bij, in het boek van deze gedenkwaardige reis!

  • 04 Augustus 2017 - 11:49

    Louis Coene:

    Wat jullie gepresteerd hebben is een "Survival tocht",in de rimboe en over gladde keien en langs diepe ravijnen,en geen enkele klacht over spierpijn."MIETERS".

  • 04 Augustus 2017 - 17:52

    Ilona:

    Ha Louis, wat ben je mild op je oude dag ;-) ! Ik zou niet eens dureven zeggen dat ik spierpijn had tegen mijn oud tennistrainer! Je zou mij smalend de les lezen toch? Nee hoor, Louis, geintje, het was een mooie tocht, met zeker wel wat klimmen en dat laatste stuk dat Lars en ik deden, was even heel steil en eng, zeker. En ja mieters dat we dit gedaan en volbracht hebben, zeker waar. Maar na rondje zweetbultje, lange jan, grote beer en nekkenbreker, was ik destijds meer stuk, helemaal als we nog moesten sprinten. Dus ja het voelde wel als een fantastische volbrenging, waar ik erg blij mee ben, heel blij, dat zeker, mede in de context van de rol die deze vulkaan speelt.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Indonesië, Jaranguda

Ilona

In 2010 heb ik met veel plezier dit reisverslag gemaakt: http://stevenbannink.waarbenjij.nu/reisverslag/3534839 Komende zomer (2017) gaan we weer terug naar toen, die reis ga ik hier beschrijven, inclusief voorbereidingen.

Actief sinds 28 Juni 2013
Verslag gelezen: 547
Totaal aantal bezoekers 23161

Voorgaande reizen:

23 Juli 2017 - 14 Augustus 2017

Omama's herinneringen (be)zoeken....

Landen bezocht: