Op naar Pematang Siantar
Door: Ilona
Blijf op de hoogte en volg Ilona
04 Augustus 2017 | Indonesië, Martoba
Nu ligt mijn schrijfboekje nog in de auto bij Dedi, dus ik moet het uit mijn hoofd doen. Door de veelheid der dingen, is de kans best groot dat ik wat dingen vergeet. Die vul ik dan wel weer later aan. Als het goed is kun je op de kaartjes zien, waar we nu zijn en hoe dat ten opzichte van Brastagi ligt. We zijn zuid oost gereden.
We gaan op enig moment van de hoofdweg af, een Karo Batak dorp bezoeken. Nu heb ik al wel verteld dat we telkens op de foto mogen, maar ik weet niet of ik al genoeg duidelijk heb gemaakt dat het toerisme hier vooral uit regionale mensen bestaat. Wij zijn echt uitzonderingen. In Medan een beetje minder uitzondering, maar daar buiten helemaal. Dus we worden aangekeken, aangesproken, we krijgen grappige gesprekjes. En, het is overal erg rustig en niks geen toerisme-voer gevoel, zoals ons wel een beetje op De Phi-Phi tour overkwam. Maar neemt niet weg dat we het daar ook mooi vonden, die natuur. Maar goed, nu het Karo-dorp in. En hier is geen enkele toerist dus, alleen wij. Dedi parkeert de auto en zegt: pas op waar je loopt, het regent, het is nat, en koud, en op de grond, tussen de modder kan allerlei poep liggen. Van honden en kinderen. Nou, jullie kennen mij, dus dan begrijpen jullie dat Steven en Lars direct breeduit lachend mijn kant op kijken. Zeker daar ik als enige open schoenen aan heb. Maar ik heb de afgelopen jaren heel wat bijgeleerd, en kan het wel aan, zo'n bezoek ;-).
Er staan 5 oude Karo Batik huizen. Heel oud en indrukwekkend. Als ik foto's geplaatst krijg, zie je ze straks. Ga vooral naar binnen, als we straks wel wat geld geven, is het helemaal goed, vinden de mensen leuk. En in de verdere uitleg: er wonen hier meestal 8 gezinnen. 8? Hoe bedoel je, zijn er meer verdiepingen? Nee, er is één tweede verdieping waar alleen wat hout ligt. Iedereen woont, leeft en slaapt op de vloer, die op palen staat. Goed, naar binnen, ik voel me wel bezwaard, maar Dedi verzekert ons dat het echt goed is. Ik waan mij in het Openlucht Museum. Een vloer, rechts en links, met aan beide zijden een gordijn. Acht hokjes, 4 links en 4 rechts, met ieder een vuurplaat, zonder afscheiding. Acht gezinnen/families/groepen wonen hier. Door niets gescheiden, alleen 's nachts een gordijn dat voor het ganggedeelte wordt gehangen als men gaat slapen. Zo wordt ook de woonruimte tevens slaapdeel. Niks geen stoelen, tafels, alles gebeurt op de grond. Naast de vloer een haardvuur, ook op de grond. Het ruikt naar as en vuur. Dat is de keuken, dat haardvuur. En waar gaat de rook naartoe? Gewoon in deze ruimte..... Naast dat ik mij al opgelaten voelde, voel ik mij nu nog nederiger worden. Dit is niet het Museum, dit is echt en deze mensen die hier nu zitten, leven hier. In de tweede ruimte, er is geen afscheiding tussen de verschillende woonplaatsen, zitten twee oudere dames links, en een nog oudere dame rechts met een jonge man. De dames links, zijn aan het pruimen, met een rood soort tabak. We hadden al dames gezien met rode vingers, lippen en tanden. Dat doen ze de hele dag, pruimen. Rechts is de eigenaresse van het huis. Aan haar dragen we wat geld af. Zij heeft net wat zitten eten, zet haar bordje neer en laat de poes aan haar restant beginnen. Ik heb niet gekeken of zij zelf nog verder at.
Dank, dank, terima kassi. En we staan stil en nadenkend buiten. Veel tijd hebben we niet nu, om hierover dieper na te denken, we lopen om het huis heen. Richting wasruimte een stukje verder in het dorp. Ik vraag of daar ook toiletten zijn. Ja zegt Dedi, maar...., hij is wat in vertwijfeling, want hij denkt dat ik het vraag om er gebruik van te maken. Nou, nee Dedi, geen haar op mijn hoofd. O gelukkig, hij probeert wat omslachtig te vertellen dat het niet echt schoon is. Ik moet er om lachen en zeg dat ik al gewaarschuwd was, door oma natuurlijk!
Als we nog wat staan te kletsen, staat op het platje tegenover onze auto een dame haar tanden te poetsen, zichzelf wat te wassen in een afwasbakje. Komt een kind naar buiten, denk een jaar of 6, en begint vanaf net achter haar, te piesen, naast en tussen haar voeten, het spat alle kanten op. Hij krapt zich eens hier en daar. Steven stelt nu vast dat ik hier vast niet wil wonen. Lars beaamt dat hij zich in dit geval volledig bij mij aansluit. Maar ook dat zullen jullie snappen!
We rijden door naar de Sipisopiso waterval een eindje verderop. We rijden al die tijd door mooie natuur, ogen te kort. Op enig moment kijk ik tegen een kale berg aan, bijna geen begroeiing. Dat komt omdat het regelmatig afbrand. Bewoners steken kleine vuurtjes aan die snel overslaan. Wel zie je op de kam bomen, die scherp aftekenen tegen de hemel. Op Java zag je dat ook zoveel. Dat vond ik toen al zo mooi. Ik heb er ook veel aan gehad. Toen ik eind 2013 en in 2014 zo weinig kon en nauwelijks verder kon lopen, dan bij ons de overkant van de weg, heb ik veel met deze beelden gedaan. Ik vind ze namelijk net oude mannetjes die de berg op strompelen. En telkens als je kijkt, staan ze natuurlijk op dezelfde plaats. Ik voelde mij toen ook zo. Hoe is het toch mogelijk dat ik niet eens kan lopen en geen stap meer vooruit kom? (Sla dit stukje maar over hoor, voor sommigen ga ik nu vast te ver......). Maar ik bedacht mij, die bomen staan daar mooi te wezen, die oude mannetje komen geen stap verder de berg op en toch staan ze te staan, stralen ze, groeien en bloeien ze en zijn ze gelukkig. Wie weet hoe graag die bomen ook zouden willen kunnen bewegen? Dus, wel laat ik het er op houden, dat ik met regelmaat het fotoboek van Java er bij pakte en naar die bomen keek. Nu zag ik hier op Sumatra ineens die bomen weer. Inmiddels loop ik kilometers ver, dagelijks. Helpt het mij juist om minder pijn te krijgen. Het was gek om ineens weer met die bomen en oude mannetjes geconfronteerd te worden. Ik had er al een tijdje niet meer aan gedacht. Ik blijf ze mooi en indrukwekkend vinden. Ze hebben allemaal hun eigen verhaal, elke boom. Ik ben ze dankbaar.
Goed, genoeg serieus geklets. Door naar de waterval. Een pad voert ons naar beneden, als we de auto op een plaatsje hebben geparkeerd naast toko's en warungs, waarvan er één de naam 'Ons huis ' draagt. Hoe grappig. Het is koud, heel koud. Dus wel een trui aan inmiddels. Maar ik loop nog steeds op soort sandalen. Die zijn prima om op te lopen, maar hebben geen enkel profiel en ik heb er geen enkel houvast mee. En nu gaan we een redelijke afdaling inzetten, die nat is en vol gruis. Je snapt, ik glij al vrij snel telkens weer weg. Maar gelukkig is daar Lars, die sterk als ie is, graag zijn moeder een helpende hand biedt. Heel fijn natuurlijk. Maar ja, dan zie je daar die ander gniffelend staan kijken. Ja klopt, ik zie er nu vast ouder uit dan oma is! En natuurlijk ligt dat inmiddels allemaal vast. Gelukkig ook Lars zijn actie om zich aan een overhangende boom op te trekken. Daarna hebben we ook Steven vastgelegd. Maar of dat goed is gelukt, dat vastleggen? We lagen namelijk dubbel van het lachen, daar maakte Steven het wel naar.
Zonder kleerscheuren beneden gekomen. Allerlaatste stukje doe ik echt niet op die slippers. Lars wel. Wat een gedonder en wat een snelheid heeft dat water. En wat een schitterende beelden hebben we op het Tobameer. Zie de foto's, het is genieten. En ook nu zijn wij de enige die afdalen, een enkeling komt naar boven lopen. Dus ook hier geen toeristendrommen.
Ik ga morgen of een ander moment met deze tocht verder. Ga nu pitten. We zijn onderweg nog langs een aantal Karo Batak huizen gereden, die tot 1947 van de koning van het Batak-volk was. Schitterende huizen, uniek gesituationeerd. Bizar hoe een koning sliep en woonde, met wel 12 vrouwen. Dit is een museum, niemand woont daar nog.
Ook naar Haringgaol gereden oma, waar jij vroeger toch wel ging picknicken? Ik kan mij daar alles bij voorstellen als je bedenkt dat er bijna geen huizen waren. Nu is alles volgebouwd, ligt wel erg mooi aan het meer, met veel ruimte, groen en mooie natuur. Veel visteelt, vertel ik later nog over. Mooi om ook hier te zijn geweest Oom!
Door naar Pematang Siantar. Op zich hebben we vandaag niet zoveel gereden, maar de wegen waren nu wel erg slecht oma, inderdaad nog steeds. Dus het gaat langzaam. En we zijn veel gestopt, om mooie beelden op het meer vast te leggen. En om thee-, koffie-, rijstplantages te bekijken. We hebben de grootste theeplantage van noord Sumatra gezien: Sidamanikthee. Alles even mooi, die rijen thee.
Weer een mooie dag, met weer geheel andere indrukken. Morgen weer een belangrijke zoektocht, op naar Gunung Bayu, de fabriek en plantage van weleer, waar oma lang heeft gewoond. Toen heette het Nijkerk. En we gaan morgen de oude Nederlandse school met internaat opzoeken. Ook daar verbleef oma, na het internaat in Brastagi.
Morgen meer! Nu pitten in een prima hotel, soort 'stads zaken hotel'. Alles goed verzorgd. Over het eten buiten de deur van het hotel deze avond vertel ik nog wel. Lars had de tranen over de wangen lopen, ja vanwege mijn bestel en herstel actie. De dames daar stonden alleen zenuwachtig te giegelen, durfden ons niet te bedienen en verstonden geen woord Engels. Je krijgt vast beelden op je netvlies?!
Wat ik nog even kwijt wil, is dat het natuurlijk heel spijtig is dat we deze mooie reis met ons 3-en doen en niet met 4. Jonne is nog even aan het werk in Thailand. Het spijt mij wel haar hier niet bij ons te hebben. Maar ondertussen heeft Jonnie wel haar duikbrevet gehaald, vraag mij niet even welke, dat zet zij of Lars er wel achter later. Duiken naar 18 meter... zij liever dan ik.
Selamat tidur!
Nog later aangevuld.....
In Haringgoal zijn dus visbedrijven. Twee jaar geleden greep de overheid in. Er werd te veel gevist en gekweekt. Veel vissen stierven en beleven in het water drijven. Rottend en stinkend. De lucht was niet te harden. Daar er slechts 1 weggetje van het dorp naar boven gaat, het aantal dode vissen zo omvangrijk was, heeft men besloten de vissen in grote netten te bundelen en deze met grote keien te laten zinken in het meer. Ter info: het meer is op zijn diepst 505 meter.....
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley